Alastair & Fleur Mackie

1977, Cornwall; 1977, Cameroon
wonen en werken in Cornwall, VK

Het werk van Alastair & Fleur Mackie is zowel conceptueel gedreven als prachtig vormgegeven, geworteld in de zorg voor materialiteit en het creatieve proces. Het landschap van het platteland speelde een sleutelrol bij het vormgeven van hun werk, waarbij natuurlijk voorkomende elementen zoals inheemse metalen, hout en schelpen minutieus worden herschikt en getransformeerd.

Cast ^{2019 | brons, staal, koper en asprint}

 ^{Locatie: Festivalhuis}

In het werk van Alastair & Fleur Mackie speelt het rurale landschap een sleutelrol. Elementen uit de natuur zoals inheemse metalen, hout en zeeschelpen worden minutieus herschikt en getransformeerd. ‘Corn dollies’ (graanpoppen) zijn een traditionele vorm van strovlechtwerk. In de tijd voor de gemechaniseerde landbouw waren ze een onderdeel van Europese oogstgebruiken. Men geloofde dat er een geest tussen het gewas leefde, die zich tijdens de oogst voor de naderende maaiers terugtrok en zijn toevlucht vond in het laatste staande koren. Die schoof werd dan gevlochten tot een pop, een talisman die geacht werd deze veldgeest te bevatten. De pop werd dan naar de boerderij gebracht en de hele winter veilig binnengehouden. Pas als het nieuwe groeiseizoen was aangebroken, werd ze weer aan de aarde toevertrouwd. Men geloofde dat het geluk bracht voor de volgende oogst als men de geest tijdens de winter een toevluchtsoord bood. Soms werd de strobundel tegen het einde van de winter ritueel verbrand om de geest te bevrijden.

Alastair en Fleur Mackie werkten samen met één van de laatste overgebleven beoefenaars van dit ambacht en produceerden een spiraalvlecht die op zijn beurt is ingepakt in een mal, uitgebrand en ingegoten.